U bent hier
Hoort een manipulator als Younnes Delefortrie niet veeleer thuis in de gevangenis?

Het interview met Michael 'Younnes' Delefortrie in het Canvasprogramma De Afspraak heeft heel wat reacties teweeggebracht. De VRT zag zich zelfs genoodzaakt om het bewuste fragment offline te halen en niet meer uit te zenden. Het had allemaal een groot déjà-vu gevoel. Een jaar geleden kreeg de Britse haatprediker Anjem Choudary, die de terreurdaden van IS openlijk goedpraat, een vrij forum in Terzake bij Kathleen Cools. Ook hierop kwam zeer veel reactie.
Een ezel stoot zich geen twee keer aan dezelfde steen denkt men dan? Toch wel, en meer dan twee keer zelfs. De afgelopen jaren hebben figuren zoals Fouad Belkacem vrijgeleides gekregen van onze media om hun opruiende boodschappen van haat en verdeeldheid te verspreiden. Nagenoeg kritiekloos konden zij verwerpelijke ideeën verspreiden. Zo werden zij de pin-ups van extremisten en mensen die van geweld en opruiing hun handelsmerk hebben gemaakt, of het nu in de straten van Raqqa of op de Turnhoutsebaan was.
En de fouten uit het verleden zijn zich nu aan het herhalen. Michael Delefortrie was de afgelopen dagen alomtegenwoordig met interviews naar aanleiding van zijn boek. Hij mag uitgebreid zijn zegje doen en zijn visie uiteenzetten. Zijn woorden zijn zeer zorgvuldig uitgekozen. Hij blijft zeer bewust net binnen de grenzen van het wettelijk toelaatbare, het verheerlijken van terroristische daden is in ons land immers niet strafbaar. Maar dat neemt niet weg dat hij toch een duidelijke boodschap aan het verspreiden is. Die boodschap is de romantisering van de Jihad en Islamitische Staat; een discours dat wel degelijk aanslaat bij jongeren die dreigen te radicaliseren of willen vertrekken.
Door Delefortrie een stem in het publieke debat te geven, legitimeert men hem. Hij wordt zo het nieuwe idool van radicalen en extremisten met als doel het verzieken van onze en andere "samen"levingen. De ruwe propagandafilmpjes van IS, naast het ideologisch geïnspireerde verhaal van Michael zorgen ervoor dat er voor elke prooi van de terreurgroep wat wils is.
De vraag is wat de juiste plek is voor manipulatoren, die een loopje nemen met onze democratie en haar waarden. Iemand die niet kan aarden in de huidige context en in een welbepaalde samenlevingscultuur, iemand die daarenboven terreurdaden met de mantel der liefde bedekt, iemand die jonge, onbevlekte zielen kan overtuigen van zijn verderfelijke ideeën, hoort die niet thuis in de gevangenis? Moet die niet onder begeleiding staan? Of mag die croissants bakken en zich ongeremd verder engageren om de Sharia pogen op te leggen...
Eerder deze maand hadden wij het genoegen om de Londense aanpak wat betreft deradicalisering te mogen leren kennen en bestuderen. Onze Britse collega's zijn er heilig van overtuigd dat het tegendiscours ons belangrijkste wapen is tegen extremisme. We moeten onze tieners beschermen tegen zichzelf en tegen radicale ronselaars. Eén heilig principe: zij die zich wel verkneukelen om alles wat met terreurdaden te maken heeft, bannen uit de media. Laat staan ze een vitrine geven voor hun boek of pleidooi.
De vrijheid van meningsuiting wettelijk gaan inperken, zoals dat in Frankrijk werd gedaan, is een moeilijk debat. Moeten wij onze fundamentele waarden aanpassen aan de intoleranten of moeten zij zich aanpassen aan onze fundamentele waarden? Als volksvertegenwoordigers en verdedigers van de principes van de Verlichting kiezen wij resoluut voor dat laatste. Dat vereist echter het nemen van verantwoordelijkheid en wij kunnen ons niet van de indruk ontdoen dat de media hierin tekort geschoten zijn. Zelfcensuur is hier niet de oplossing, wel ervoor zorgen dat er voldoende kritische duiding is. Hoog tijd voor zelfreflectie lijkt ons.